Kan een persoon die een kunstwerk of artefact heeft verkocht, waarvan na verloop van tijd is vastgesteld dat het een veel hogere waarde heeft, later compensatie eisen?
Een 81-jarige vrouw en haar 88-jarige echtgenoot kwamen een Afrikaans masker tegen terwijl ze hun tweede huis opruimden. Terwijl de meeste inhoud van het huis naar een garageverkoop ging, besloten ze een masker te verkopen aan een lokale antiekhandelaar, die ermee instemde het masker in september 2021 te kopen voor €150,- Het masker werd meegebracht uit Gabon begin 1900 door de grootvader van de man. Deze grootvader, René-Victor Fournier (1873-1931) was een koloniaal gouverneur geweest in Afrika.
Zes maanden later ontdekten het echtpaar in de krant dat hun masker € 4,2 miljoen had opgebracht op de veiling in Montpellier. Het bleek dat het een zeldzaam Fang masker was dat werd gebruikt in rituelen in het geheim Ngil genootschap.
Het echtpaar en hun dochter besluiten een rechtszaak aan te spannen tegen de handelaar van wie ze denken dat hij hen heeft bedrogen. De familie heeft nl. het vermoeden dat de dealer een goed idee had van de werkelijke waarde van het object toen hij het van hen kocht. De antiekhandelaar stelde het masker niet tentoon in zijn winkel maar nam contact op met de veilinghuizen Drouot en Fauve in Parijs, die schatten dat het respectievelijk ongeveer € 100- € 120 en € 400 – € 600 waard was. Ondanks deze waarderingen van twee veilingmeesters, ging de handelaar verder met informatie zoeken bij een gespecialiseerd veilinghuis van o.a. tribale kunstobjecten in Montpellier. De expert aldaar onderkende de kunstzinnige uitstraling van het masker en adviseert om zijn collega, expert Bernard Dulon in Parijs te consulteren. Dulon vertelde dat het werd gebruikt voor rituelen door de Ngil Society, een geheim genootschap dat tot de jaren 1920 binnen de Fang groep in Gabon opereerde. “Dit masker is uitzonderlijk in termen van zeldzaamheid, aangezien wereldwijd slechts een tiental andere referentie exemplaren bekend zijn in musea en collecties”. Besloten werd om een koolstof-14-datering te vragen. Deze gespecialiseerde techniek dateerde het masker op 19e eeuw. Dulon adviseerde uiteindelijk aan de handelaar en het veilinghuis in Montpellier een taxatie van € 300.000 tot € 400.000.
En dan in maart 2022 op de veiling in Montpellier wordt het masker verkocht voor € 4,2 miljoen excl. Kosten Na verschillende juridische stappen van de familie heeft een hof van beroep in Frankrijk op 28 juni vastgesteld dat hun zaak tegen de dealer “in principe gegrond lijkt” en de opbrengst van de verkoop bevroren terwijl de zaak loopt.
Na de veiling bood de antiekhandelaar aanvankelijk aan om buiten de rechtbank tot een schikking te komen en bood de familie de € 300.000 aan, de laagste schatting. Ze konden echter geen overeenstemming bereiken vanwege de oppositie van de kinderen van het paar, volgens gerechtelijke documenten. De advocaat van het paar gelooft nl. dat het mogelijk is om de verkoop te annuleren vanwege hun fout om te geloven dat het masker “waardeloos” is, meldde Le Monde. De krant citeerde andere gevallen, zoals de eigenaren van schilderijen van Nicolas Poussin die ten onrechte werden toegeschreven aan minder bekende schilders voordat ze later werden geverifieerd; die contracten werden nietig verklaard en de eigenaren kregen restitutie. “De verweerder is een dealer die ondubbelzinnig een taxatieservice aanbiedt op zijn website”, beweerde het paar, volgens de gerechtelijke documenten. “Alleen een persoon met een perfecte kennis van de kunstmarkt is in staat om een verkoop op te zetten via een veilinghuis, nadat hij om een koolstof-14-expertise heeft gevraagd en de hulp heeft ingeroepen van een expert in Afrikaanse maskers.” Het echtpaar beweert ook dat de antiekhandelaar samenspande met hun tuinman, met wie hij de opbrengst van de verkoop splitste, om de herkomstinformatie over het masker te bepalen voordat hij de veilinghuizen benaderde. De verdediging voerde aan dat de dealer “een tweedehandshandelaar is en geen antiekhandelaar” en niet als een waarderingsprofessional kan worden beschouwd. Hij heeft geen kennis van Afrikaanse kunst. Ze voegden eraan toe dat hij de beoordeling van Dulon zocht op voorstel van de veilingmeester, niet omdat hij reden had om aan te nemen dat het veel meer waarde had. Hoewel de zaak open blijft, heeft het hof van beroep de inbeslagname van de opbrengst van de verkoop, die neerkomt op € 4.2 miljoen, opnieuw bevolen, na aftrek van kosten en van belasting – totdat een vonnis is geveld.
In december 2023 volgt de finale uitspraak en wordt de familie in het ongelijk gesteld. De rechtbank stelde dat de tweedehands handelaar geen expert is en hij daarom ook advies had gevraagd bij drie afzonderlijke deskundigen met drie verschillende uitkomsten. Verder oordeelde ze dat het echtpaar onvergefelijk nalatig en frivool was geweest om het masker dat al zo lang in de familie was niet verder te onderzoeken alvorens te verkopen.
In een afzonderlijke controverse heeft de Gabonese regering samen met het Collectif Gabon Occitanie (CGO) repatriëring geëist van het in hun ogen onrechtmatig verkregen Fang masker. De rechtbank verwierp de eis om de verkoop te annuleren en het masker aan de Gabonese regering toe te kennen.
Omdat niet duidelijk is hoe het zit met de rechten op foto’s van het masker heeft de redactie Sebastiaan der Kinderen gevraagd een tekening van het betreffende masker te maken. Bronnen: Artnet, Le Monde, The Guardian, NRC, gerechtelijke stukken, mondelinge informatie.